
Dansprojecten
Doelgroep: groep 1 t/m 8
Duur: 7 lessen van 45 minuten
Docenten: 1 docent
Locatie: de basisschool
Cultuurcentrum De Wâldsang werkt samen met een aantal dansdocenten voor de invulling van schoolprojecten. Maatwerk is hierbij mogelijk, maar er zijn ook een aantal lessenseries waaruit gekozen kan worden. Bij belangstelling kunt u contact opnemen met onze scholencoördinator Theun van Leijen.
Uitgangspunten dansexpressie
Dansen vanuit de intentie dat je er mag zijn.
Dat je mag voelen, ervaren en laten zien wat je beweegt.
Bij dansexpressie worden kinderen uitgedaagd tot dans te komen vanuit hun eigen fantasie en bewegingsmogelijkheden. Er worden geen vaste choreografieën gebruikt, maar kinderen komen tot expressie vanuit aangereikte opdrachten of een verhaal. Voelen en volgen welke beweging bepaalde muziek oproept in je lijf en dit tot uiting brengen in dans. In de opdrachten zit een opbouw van exploreren en experimenteren zodat kinderen hun mogelijkheden in dans kunnen verkennen, verbreden en verdiepen.
In de lessen komen de SLO doelen aan bod met daarin de danselementen ruimte, tijd en kracht. Daarnaast staat in de lessen het ontdekken van de bewegingsmogelijkheden van je lichaam centraal.
Lessenseries aangeboden door dansdocente Danieke de Jong
Lessenseries n.a.v. een prentenboek of passend bij een thema
Doelgroep: groep 1,2
Duur: 7 lessen van 45 minuten
Benodigdheden: ruim speellokaal
Er wordt veel ingespeeld op woorden die bij de ontwikkeling van deze leeftijdsgroep horen.
Kinderen breiden hun woordenschat uit met (bewegings)woorden die bij het dansen aansluiten of in het boek naar voren komen. Kinderen ervaren het plezier van bewegen en genieten van het verhaal.
Bij kleuters wordt zoveel mogelijk geprobeerd bij het thema aan te sluiten, maatwerk is mogelijk.
Prentenboeken:
* Mag ik meedoen? (John Kelly en Steph Labaris) thema: Vriendschap
* Het licht dat door het donker danst (Yuval Zommer) thema: Winter, (Noorder)licht, licht en donker
* Fiet wil rennen! (Bibi Dumon Tak en Noëlle Smit) thema: Herfst, harde wind
* Sinterklaas (Charlotte Demantons) thema: Sinterklaas
* Het kleurenmonster (Anna Llenas) thema: Emoties
* Woeste Willem (Ingrid en Dieter Schubert) thema: Piraten
Lessenserie Mijn eigen plek
Doelgroep: groep 3, 4
Duur: 7 lessen van 45 minuten
Benodigdheden:
-Ruim speellokaal
-Voor elke leerling een hoepel, liefst meer!
Kinderen leren dat het ervaren van bewegen door een ruimte voor iedereen anders kan zijn. Ze leren frasering in de muziek te herkennen en hierop te reageren met hun bewegingen, ze leren dat hun eigen bewegingen goed zijn en iedereen op een eigen manier beweegt. De nadruk van het dansen ligt op het proces en het plezier in bewegen.
Wat is mijn plek?
Wat vinden de kinderen een fijne plek en waarom? Sta je graag in het midden of liever aan de kant? Ook ervaren zij het verschil tussen alleen dansen of samen met anderen dansen, dansen in een kleine dansruimte of dansen in een grotere dansruimte. De kinderen leren dit verwoorden en leren dat het voor iedereen anders kan zijn.
Naast het ervaren van verschillende plekken in de dansruimte of een plek ten opzichte van een ander gaan we ook bezig met het maken van standbeelden, we dansen een dans met standbeelden die een code vormen en gaan bezig met een dans over HOE we naar onze eigen plek (thuis) terug gaan. Hierin komen verschillende (fantasie) voertuigen aan bod. Tijdens het bedenken van bewegingen van deze (fantasie) voertuigen passen we het geleerde toe; hoe we ons bewegen ten opzichte van elkaar door de dansruimte.
Lessenserie Communicatie in beweging
Doelgroep: groep (4), 5, 6
Duur: 7 lessen van 45 minuten
Benodigdheden:
-Ruim speellokaal
-Voor elke leerling potlood en papier
Kinderen leren hun eigen weg te volgen, ervaren hoe het is wanneer zij anderen tegenkomen, ruimtelijke oriëntatie wordt ontwikkeld bij het tekenen van elkaars route en dansen van hun eigen patroon. Er wordt veel aan elkaar gepresenteerd en daarbij zo nu en dan feedback gegeven. De nadruk ligt op het proces en het plezier in bewegen. Is lopen op muziek ook dansen?
In de lessen gaan kinderen ervaren wat dansexpressie inhoudt. We ervaren hoe je je eigen weg zoekt door de dansruimte op verschillende soorten muziek. De leerlingen ervaren het verschil in beweging bij deze verschillende soorten muziek, kun je verschillende tempo’s lopen op dezelfde muziek? We ervaren het verschil in het lopen van kronkelpaadjes en rechte lijnen en gaan deze ook van elkaar tekenen! De kinderen gaan ervaren hoe het is wanneer zij iemand tegenkomen op hun route, ga je aan de kant of niet?
Met rechte lijnen bedenken én tekenen de leerlingen hun eigen patroon, dit patroon wordt uitgebreid met het noteren en dansen van verschillende tempo’s, een sprong, een draai en een pose. Op deze manier ontstaat hun eigen unieke dans. Dit is een proces van enkele lessen, waarbij voortgeborduurd wordt op het eerder geleerde.
Lessenserie Voorzetseldans
Doelgroep: groep (6), 7, 8
Duur: 7 lessen van 45 minuten
Benodigdheden:
-Ruim speellokaal
-Voor elke leerling een stoel
Kinderen zijn op elkaar aangewezen en leren samenwerken, er wordt veel aan elkaar gepresenteerd en daarbij feedback gegeven. Als de dans goed “staat” kan deze aan publiek gepresenteerd worden. De nadruk ligt echter op het proces en het plezier in bewegen. Aan het eind van deze lessenserie vergeten de leerlingen nooit meer wat een voorzetsel is!
In de lessen gaan leerlingen ervaren wat dansexpressie inhoudt en ze creëren een voorzetseldans. Hierbij leren de leerlingen een voorzetselrap waarbij zij voor elk voorzetsel een eigen beweging bedenken. Deze bewegingen worden gebruikt om een groepsdans of een dans in tweetallen te maken, dit is afhankelijk van de groep.
De voorzetseldans bestaat vervolgens uit drie verschillende “coupletten” waarbij de kinderen alleen en in een tweetal een eigen dans creëren met verschillende zelf gekozen voorzetsels die zij gaan uitbeelden met een stoel. Als laatste wordt een groepswerk neergezet in de vorm van een tableau. Deze verschillende coupletten worden verbonden met de eerder gemaakte voorzetselrap. Bewegen in slow motion, bewegen met en om een stoel, bewegen met elkaar totdat de hele dans staat. Dit is een proces van enkele lessen, waarbij steeds voortgeborduurd wordt op het eerder geleerde. Bij de lesstart of tussen het creëren van opdrachten voor de voorzetseldans krijgen de leerlingen opdrachten waarbij zij uitgedaagd worden om steeds vrijer te worden in hun bewegingen.